1. Probeer een stevige omheining te bouwen rondom de wei. Zorg ervoor dat deze stevig genoeg is om de geiten binnen te houden en eventuele wilde dieren buiten te houden.
2. Zorg ervoor dat er een goed en stevig afsluitbaar poortje in de omheining zit die de geiten niet kunnen open duwen.
3. Zorg ervoor dat het gaas fijne mazen heeft, zodat geiten er niet met hun kop doorheen kunnen. Dit voorkomt dat het gaas los getrokken word.
4. Zorg ervoor dat je de omheining regelmatig controleert op gaten en andere schade.
5. Zorg ervoor dat de geiten voldoende ruimte hebben in de wei om te spelen en te grazen.
6. Zorg ervoor dat de omheining niet te dicht bij een struik of heg staat, geiten kunnen namelijk in het gaas gaan staan en aan de struik of heg gaan eten.
7. Gebruik gaas wat hoog genoeg is, zodat de geiten er niet in klimmen en eroverheen springen.
8. Zorg ervoor dat de geiten toegang hebben tot schaduw om te rusten.
9. Zorg ervoor dat je regelmatig controleert of er struikjes en bomen zijn waar de geiten in kunnen klimmen en dan over de omheining heen springen.
10. Zorg ervoor dat er genoeg andere geiten in de wei zijn, zodat de geiten elkaar gezelschap hebben.